Categoriearchief: 2010

Heel gewone wonderen

Net weer terug uit Parijs, kreeg ik een aantal prachtige mailtjes en berichten van leden van de sangha. En wat me opviel was hoe gewoon het ongewone eigenlijk is. De werkelijkheid is zo simpel. Alle dingen zijn gewoon wat ze zijn. Zonder verhalen, zonder ideeën, zonder oordelen, voorkeur en afkeer. Ik kan geen ander en niet anders zijn dan ik ben. Ik ben. Ik ben jij. Ik ben ik. Er is geen afstand. Dit is intimiteit, zo gewoon en zo wonderbaarlijk.

Veranderingen

Mijn vorige stukje dateert van 7 november en al is dat maar drie weken geleden, het lijkt veel verder weg. Er is intussen zoveel gebeurd. Corinne Sensei op bezoek voor de jaarlijkse vrouwensesshin, een vierdaagse sesshin in Alandi, de zendo die verhuisd is van de kleinere voorkamer naar de veel grotere achterkamer en de organisatie van twee extra sesshins in Den Haag, die intussen ook al weer volgeboekt zijn. En ook achter de schermen wordt veel werk verzet, kleine dingen, grote dingen. Maezumi Roshi heeft eens gezegd: “Er zijn geen kleine details, alles in belangrijk”.
De dharma zoals die leeft in deze gemeenschap, in onze sangha, heeft heel veel verschillende vormen. De tienduizend dingen, wordt de dharma wel genoemd. Zo veel dingen, vormen, zoveel mensen, zoveel verschillende expressies van liefde. De een doneert een kussentje, vijf anderen verschijnen na een spontane oproep op de afsluitende bijeenkomst van de sesshin met Corinne sensei, zomaar op maandagmorgen voor de deur, om de zendo (en onze slaapkamer) te verhuizen. Alle vormen blijken één te zijn. De eindeloze grenzeloze lege oorsprong heeft een volkomen natuurlijke en spontane expressie, namelijk die van geven. Schenken. Ja zeggen. Hoe mooi!

De foto van een scheiding.

Een klein jaar geleden bracht een toenmalige cliënt een foto mee die zijn ex-partner (met wie hij een bittere scheiding uitvocht) hem had gestuurd. Een cliché natuurlijk, maar de foto was doormidden gescheurd en ze had hem het deel gezonden waar hijzelf op stond. Weg met jou leek ze te zeggen. We zijn toen vooral bezig geweest met verwerken en rouwen, maar afgelopen week, toen ik tijdens een opruim-rondje de foto weer tegen kwam, realiseerde ik me dat haar poging om hem op die manier weg te werken, haar poging om al haar verdriet, teleurstelling en machteloosheid weg te werken, alleen maar mislukken kon. Want letterlijk aan de scheur in het papier, aan die afscheiding tussen zij en hij, tussen gelijk en ongelijk, geluk en verdriet, moet alles wat ze weg wilde hebben te zien en te voelen zijn geweest. En dus sterker dan ooit aanwezig. Wat een verdriet.
Al onze pogingen om te voelen dat we goed zijn in plaats van niet goed genoeg, en gelijk hebben in plaats van ongelijk, en gelukkig gaan worden en niet ongelukkig, al die pogingen bergen die afscheiding in zich. En dat toont meteen weer alles wat we trachten te ontlopen. Niet verblijven in goed en kwaad, hoog en laag, is verblijven in de simpele zo-heid van leven. Zonder ergens betekenis aan te hechten is alles gewoon wat het is.

Ik heb je nodig

Op de website van Genpo Roshi las ik: “Before awakening, life may feel empty and without meaning, after awakening it is realized that life is empty and meaningless.”
Ten volle weten dat alles leeg en zonder betekenis is, is complete bevrijding. Alles is wat het is en daar hoeft geen enkel oordeel en geen enkele voorkeur over te zijn.
Totale oordeel-loosheid omvat dus ook de oordelen en voorkeuren. De betekenisloze, niets wetende ruimte omvat alles en alles is verbonden. Er is niets dat ontbreekt, niets dat overbodig is. Deze totale onafhankelijkheid is tegelijkertijd dus ook totale afhankelijkheid. Daar is niets tegenstrijdigs aan. Het maakt het mogelijk om gewoon te durven zeggen tegen alles en iedereen: Jullie zijn ik. Ik ben jullie. Wederzijds ontstaat zo de ruimte voor diepe verbondenheid en openheid. Ik heb jullie lief. Ik heb jullie nodig.

Frans-talig toetsenbord

Een stukje schrijven vanuit Parijs op een Frans-talig toetsenbord is lastiger dan je waarschijnlijk denkt. Bijna alle A’s die je hier leest waren eerst Q’en. En iedere punt eerst een dubbele punt. Ook W en Z zitten op een andere plek. Lastig! In mijn hoofd zitten de toetsen op een vaste plek, terwijl in werkelijkheid de toetsen van plaats kunnen veranderen als ik van Den Haag naar Parijs ga. Al mijn mentale toetsen blijken eigenlijk ook vaak op een vaste plek te zitten zodat iedere keer als er iets onverwachts gebeurt, de verkeerde teksten geproduceerd worden. En iets onverwachts gebeurt er iedere seconde.
Tegelijkertijd blijk ik een onbeperkte capaciteit te hebben tot bewegen, tot veranderen van mijn perspectief. Dat veranderen van perspectief, bewegen, mezelf (mijn zelf) loslaten om wat er zich ook maar aandient te omarmen. Dat is liefde. Liefde is bewegen. Niet bewegen is vastzitten. Nisargadatta Maharaj zei ooit: “Liefde zegt: Ik ben alles. Wijsheid zegt: Ik ben niets. Tussen deze twee beweegt mijn leven.”

Londen

Eén of twee keer per jaar komen we als broers en zussen met zijn allen bij elkaar. Toen mijn moeder nog leefde (mijn vader is al bijna 25 jaar geleden gestorven) waren die bijeenkomsten altijd zo rond haar verjaardag. Na haar dood hebben we besloten die traditie voort te zetten. Door allerlei omstandigheden bestond het gezin altijd uit twee delen. De oudere kinderen, en de jongste. Die laatste ben ik. En tot op vandaag sta ik in zekere zin los de anderen. Heel lang is dat een pijnlijk en bepalend deel van mijn bestaan geweest. Maar het is tegelijkertijd ook een geweldige gift geweest. De sporen van die situatie van toen zijn nu diep deel van me. Vorige week waren we met z’n allen in Londen. Ik zie dat er dingen zijn die ik niet met de anderen deel. Een band die niet gemaakt werd in mijn jeugd kan ik niet later alsnog maken. De breuk is onherstelbaar. Een aantal jaren geleden besefte ik dat ik de ook niet meer wil herstellen. Het is niet meer nodig en dat is een bevrijding. Ik omarm mijn leven en koester de pracht, ook van de verwondingen. Alleen daardoor, dwars door de verwondingen heen, is te zien wat de wonden werkelijk zijn. In 2008 zond de BOS een documentaire uit over Taizan Maezumi Roshi. In die documentaire zit een fragment van een toespraak van Maezumi Roshi. Dat fragment vind ik het meest ontroerend en treffend van de documentaire. Hij zegt: “Wat ik ook aan vreugde, pijn, verdriet ervaar, wat ook mijn last is of plezier; de ware aard er van is leeg. En omdat dat zo is, kan ik het nemen zoals het is.”

Nieuwe blog machine

Na een aantal herhaalde technische problemen ben ik overgestapt naar een nieuwe blogmachine. Soms kunnen computers en internet een diepe machteloosheid teweeg brengen. En kennelijk ben ik niet de enige die daar soms last van heeft.  Het filmpje mag dan lollig lijken, maar als je je inleeft in de emoties van de man, is de lol er snel af.
Zou mij zoiets na bijna 18 jaar meditatie-beoefening niet meer kunnen overkomen? Ik hoop het. Nu ben ik nog nooit zo razend geweest dat ik, als de man op het filmpje, inboedels of computers heb gemold, maar ik ben zeker niet vrij van gevloek als de dingen niet gaan zoals ik hoop. We zijn maar mensen en niets menselijks is ons vreemd.
Als mijn beoefening zou leiden tot een permanente staat van “diepe rust en sereniteit” zou dat gelijk staan aan vast zitten in een rustige cel. Als ik vast zit in de vergelijking tussen rust en onrust, vreugde en verdriet, de juiste staat van zijn en de (ongewenste) onjuiste staat van zijn, dan stroomt er in feite niets meer.
Vasthouden aan mijn wensen is ook vasthouden aan wat ik ongewenst vind in mijn leven.
Wat ligt er voorbij rust en onrust, voorbij macht en onmacht? Het is een stilte, een rust, die niet de rust is die tegenover onrust staat.
De ventilator van de computer zoemt. Onderdeel van een machine die soms niet functioneert zoals IK WIL. En tegelijk perfect zichzelf. Het enige probleem is eigenlijk IK WIL (gvd).

Maezumi Roshi en Ikkyu

Mijn agenda is elektronisch en heeft een buitengewoon groot geheugen. Soms leg ik er ook haastige notities in vast, soms ook flarden tekst die ik hoor en wil onthouden. Ik frommel ze in mijn agenda en vergeet daarna vrijwel altijd dat het stukje tekst in mijn agenda staat. Vanmiddag was ik bezig om mijn agenda op te schonen en daarbij kwam ik het doodsgedicht tegen van Ikkyu dat ik lang geleden hoorde en opschreef. Dit gedicht is voorgedragen bij de herdenkingsdienst van Taizan Maezumi Roshi (mijn Dharma-overgrootvader) en toen ik het voor het eerst hoorde raakte het me diep. En het lijkt wel of dat nu ik het weer lees verder gaat, zonder einde. Het gedicht gaat als volgt:

I won’t die

I won’t go anywhere

I’ll be here

But don’t ask me anything

I won’t answer.

Wat werkelijk is, is hier en nu. Wie ik werkelijk ben, is ongeboren en onsterfelijk. Stil, zonder iets te weten of te herkennen, duister. Voorbij vraag of antwoord en voorbij leven en dood.

Teacher Circle

Vandaag en morgen houden we een zogenaamde “teacher circle”, een bijeenkomst met Roshi, Michel Sensei, en al Roshi’s opvolgers en leraren in opleiding. We doen dat zo’n vijf tot zes keer per jaar en meestal op zondagmiddag en maandagmorgen. Officieel hebben we het meestal over koan’s, maar in feite hebben we het over van alles en nog wat. Vaak gaat het over de dingen die we tegen komen als leraren. Tegenkomen in onze sanga’s, maar vaker nog over wat we tegenkomen in onszelf. Soms is het uiterst open en eerlijk, soms heel confronterend en rauw. Vaak is het vrolijk en gezellig. Bijna altijd is het warm en vol liefde. Soms is het gesloten en gecompliceerd en moeizaam en worstelen we met het hervinden van onze openheid. 
Jaren geleden vroeg Roshi me wat ik nu werkelijk van haar wilde. Mijn antwoord was: “Ik wil jouw helderheid.” Toen was helderheid en inzicht het belangrijkste. Als Roshi me dat nu weer zou vragen zou mijn antwoord zijn: “Ik wil niets anders dan steeds verder en verder mijn hart openen.” Door dat steeds opnieuw aan te gaan wordt ook steeds opnieuw bevestigd dat mijn grenzeloze hart altijd open en alomvattend is. En dat het werkelijke probleem is, dat ik dat steeds weer vergeet en dan opnieuw moet terugvinden.

Naar Parijs (alweer?)

Alweer op weg naar Parijs. Voor de zoveelste keer dit jaar. Soms vraag ik me wel eens af waar ik werkelijk thuis ben. Is dat nu Parijs of Den Haag? Den Haag is Helen, kids, sangha, cliënten, vrienden, strand, hond, enzovoorts. Allemaal synoniemen voor het woord liefde. Parijs is Roshi, Dubois sensei, sangha, roshi, vrienden, vlooienmarkt, roshi. Ook allemaal synoniemen voor liefde. Steeds vaker voel ik me verliefd op iedereen en alles. Zelfs verliefd op de worsteling die ook deel uitmaakt van het voortdurende ge-heen-en weer tussen Parijs en Den Haag. De thalys scheurt met 300 kilometer per uur voort op deze zonnige zaterdagmorgen. Het voorbijflitsende glooiende landschap van Picardie, met een grenzeloze, alomvattende, niets wetende hemel erboven. Die alles bevat en alles is. Al dit ben ik, en dit ben dit alles. Explosie en implosie.