Loslaten

Gisterenavond kwam het gesprek na het zitten op de noodzaak van loslaten. Moeilijk onderwerp, moeilijke oefening ook. Het probleem zit eigenlijk niet in het loslaten zelf. Dat doen we voortdurend want we moeten wel. Hoe goed we ons leven ook proberen te plannen en te regelen, het leven heeft de neiging onze plannen stelselmatig in de war te brengen. En dan moet je wel loslaten. Maar tegelijkertijd verzetten we ons als gekken tegen de verwarring. Eén van de zitters had een mooie metafoor. Als je in een bootje vaart moet je wel in staat zijn te zeilen. Je moet weten hoe de zeilen te zetten en welke koers je wil houden. Maar als er een storm opsteekt en de stroming je een andere kant opstuurt, kan je dan flexibel zijn en je koers verleggen of hou je snoeihard vast aan je oorspronkelijke koers? Kan ik de stromingen in mijn leven, waar ik geen controle op heb, tegemoet treden met open handen, zonder vast te houden aan het beeld wat ik voor ogen had? Kan ik uiteindelijk alle beelden en ideeën laten varen en van moment tot moment aanwezig zijn in wat is?